Berlijnse bijzonderheden – deel 1

In de loop der jaren heb ik op deze plek veel over Berlijn geschreven. Dat ging bewust nogal eens van de hak op de tak en vaak waren die verhaaltjes dan ook niet erg goed gestructureerd en soms misschien zelfs nogal rommelig. Maar dat past eigenlijk wel goed bij het nogal chaotische beeld dat veel mensen (en ik ook) niet ten onrechte van de stad hebben. Toch zijn er genoeg constanten die Berlijn karakteriseren: soms zijn ze amusant, maar vaak genoeg ook best een bron van irritatie. Deze keer stip ik hier een aantal van die vaste waarden aan van een stad die altijd op zoek naar zichzelf lijkt te zijn, waar veel mis gaat, maar die ondanks dat stevig in de top drie van favoriete Europese steden staat.

1. Berlijnse blunders:

Berlijn is eigenlijk altijd wel in het nieuws: in de eerste plaats natuurlijk op politiek vlak en door zijn veelbewogen geschiedenis. Maar ook als uitermate populaire bestemming voor toeristen uit binnen- en vooral buitenland. In het pre-corona tijdperk steeg het totaal aantal bezoekers naar maar liefst 15 miljoen per jaar en de verwachting is dat het nu snel weer die kant op zal gaan. Er is echter nog een andere reden waarom Berlijn vaak – en dan vooral in de Duitse media – onderwerp van gesprek is: de vele fouten, tegenslagen en flaters waarmee de stad voortdurend en al sinds jaar en dag heeft te kampen, wat in steden als Hamburg, Keulen en München uiteraard voor behoorlijk wat leedvermaak zorgt! Veel mensen in Nederland kennen de problemen wel die de bouw van het nieuwe vliegveld BER veroorzaakte: een vertraging van maar liefst negen jaar doen vermoedelijk maar weinig steden Berlijn na. En ook ruim twee jaar na de opening einde 2020 spelen zich hier nog steeds chaotische taferelen af. Ook de enorm gestegen kosten van de bouw van het omstreden Humboldt Forum en de jarenlange vertraging liggen velen nog vers in het geheugen. Maar inmiddels staat alweer een andere Berlijnse blunder in het middelpunt van de belangstelling: de lokale verkiezingen van september 2021 moesten worden overgedaan!

Er was bij die verkiezingen namelijk zoveel misgegaan dat de hoogste gerechtelijke instantie (het Verfassungsgericht van Berlijn) maar tot één oordeel kon komen: de uitslag werd ongeldig verklaard. Er waren te weinig stembussen, wat vaak tot lange rijen voor het stemlokaal leidde en in een aantal gevallen konden kiezers zelfs pas na 18.00h hun stem uitbrengen. Verder waren er in veel stemlokalen gewoonweg te weinig stembiljetten. Pogingen, die bij andere stemlokalen af te halen mislukten, omdat het stadscentrum goeddeels was afgesloten.

video
play-sharp-fill

Dat wederom had te maken met het feit dat op de verkiezingsdag ook net de beroemde marathon van Berlijn werd gelopen, maar er was blijkbaar niemand die zich afvroeg of het nu eigenlijk wel zo’n goed idee was om de verkiezingen uitgerekend op die dag te houden. Iedere Berlijner weet dat die marathon al sinds jaar en dag op de laatste zondag in september wordt gelopen, maar dat feit was de Landeswahlleiter blijkbaar niet bekend. Hierboven ziet u de bijkans onverslaanbare Eliud Kipchoge, die met een ongelooflijke tijd van 2 uur, 1 minuut en 9 seconden vorig jaar alweer een nieuw wereldrecord liep! Berlijn is de stad waar het wereldrecord op de marathon inmiddels maar liefst zeven keer is verbroken!

Er waren op diezelfde dag trouwens ook nog eens parlementsverkiezingen en ook die moeten in Berlijn worden overgedaan – zij het in een beperkt aantal stemlokalen en ook pas op een later tijdstip. Berlijn was dus hors de saison weer helemaal bedolven onder verkiezingsposters: op de foto helemaal aan het begin van dit artikel ziet u Franziska Giffey van de sociaal-democratische SPD, de huidige burgemeester van de stad en opnieuw lijsttrekker van haar partij. Deze dame leverde trouwens net vóór de verkiezingen van september 2021 min of meer vrijwillig haar doctorstitel in, nadat duidelijk was geworden dat het proefschrift – op zijn zachtst gezegd – niet uitsluitend van haar hand bleek te zijn.

Inmiddels zijn de verkiezingen achter de rug, en de situatie is er niet bepaald eenvoudiger op geworden. De christelijke CDU is na vele jaren weer de grootste partij geworden, maar de partijen die de huidige linkse coalitie vormen (de sociaal-democratische SPD, de milieupartij Die Grünen en de uit de communistische SED voortgekomen partij Die Linke) hebben – ondanks de verliezen – samen nog steeds een meerderheid en zouden gewoon op dezelfde voet verder kunnen gaan. Na een nogal heftige interne strijd heeft de SPD echter inmiddels duidelijke avances naar de CDU heeft gemaakt en lijkt zich in een nieuwe rol als junior partner te willen schikken. Het ziet er daarom inderdaad naar uit dat deze beide partijen samen de nieuwe regering van de deelstaat Berlijn zullen vormen. En omdat het hier niet om nieuwe verkiezingen, maar om een herhaling van de verkiezingen van september 2021 ging, heeft die nieuwe regering nog maar drieënhalf jaar tijd om haar plannen te verwezenlijken in plaats van de gebruikelijke vijf jaar. De meneer die hierboven zo zelfbewust meent dat alle stemmen naar de FDP dienen te gaan had na de verkiezingen al helemaal niets te lachen: de liberalen slaagden er niet eens in de kiesdrempel van 5% te halen. Voor hen is er dus nog wel wat werk aan de winkel.

De leden van de SPD moeten aan een coalitie met de CDU overigens nog wel hun goedkeuring geven en daar zou wel eens een onaangename verrassing uit de bus kunnen komen: in dat geval zou men echt weer helemaal opnieuw moeten beginnen met de onderhandelingen en is de verovering van het Rote Rathaus opeens weer erg ver weg. Maar veel tijd voor politieke spelletjes is er eigenlijk niet, want Berlijn staat echt voor enorme problemen: de woningnood, de ongelooflijke bureaucratie, de vooralsnog volslagen mislukte digitalisering, de verkeerssituatie, het milieu, het schoolsysteem en het tekort aan leraren, de strijd om de juiste vluchtelingenpolitiek, de gezondheidszorg en de groeiende sociale tegenstellingen in de stad – om er maar enkele te noemen. Over elk van die punten zou ik een uitgebreid verhaal kunnen schrijven, ware het niet dat ze u als bezoeker van de stad vermoedelijk niet al te zeer zullen interesseren en u er bij uw bezoek waarschijnlijk ook niet direct mee in aanraking komt. Maar het is natuurlijk niet verkeerd dat u in ieder geval weet dat ook in Berlijn lang niet alles koek en ei is.

2. Berlijnse geschiedenis:

De bijna 800 jaar oude geschiedenis van de stad is een heel bijzondere, waarbij de nadruk uiteraard vooral op de rol van Berlijn in de twintigste eeuw valt. Dat komt natuurlijk enerzijds door de gruwelen van twee wereldoorlogen en daarnaast door het feit dat Berlijn altijd de officieuze hoofdstad van de Koude Oorlog is geweest – een periode die direct na de Tweede Wereldoorlog begon en ruim 45 jaar later met de neergang van de Sovjet-Unie eindigde. Twee militaire bondgenootschappen stonden in die periode onverzoenlijk tegenover elkaar: de Nato in het westen en het Warschauer Pakt in het oosten. De Berlijnse Muur is een direct gevolg van de confrontatie tussen die beide partijen: hierdoor werd West-Berlijn voor iedereen die een pro-westerse bril op had het symbool van vrijheid en democratie, terwijl de andere zijde de Muur juist als een bolwerk tegen het fascisme zag. Over die periode zijn honderden boeken geschreven en tientallen films gemaakt en ook al ligt die tijd inmiddels al ruim 30 jaar achter ons: de geschiedenis van de Koude Oorlog drukt nog steeds een stempel op het hedendaagse Berlijn.

De meeste bezoekers verbinden de recente Berlijnse geschiedenis in de eerste plaats met de Koude Oorlog en over het algemeen toch een stuk minder met de Tweede Wereldoorlog, ondanks het feit dat met name het indrukwekkende Holocaust Monument en de expositie Topographie des Terrors nog steeds veel bezoekers trekken.

Hoe dan ook, er zijn in de stad meer musea en monumenten te vinden die zich op de periode tussen 1945 en 1990 richten dan zulke die de verschrikkingen van de eerste helft van de vorige eeuw als thema hebben. Tot die eerste categorie behoren onder andere het overbekende Wall Museum (niet echt een aanrader, vind ik) en de hierboven getoonde Gedenkstätte in de Bernauer Straße, die ik u daarentegen wel van harte aanbeveel en waarover ik in een grijs verleden hier en hier al eens wat heb geschreven.

En sinds kort heeft Berlijn nu zelfs zijn eigen Cold War Museum, waar Berlijners en bezoekers van de stad zich een beeld over die tijd kunnen vormen. En het woord “beeld” is hier letterlijk te nemen, want het is een museum waar video’s en foto’s de boventoon voeren en waar maar betrekkelijk weinig plaats is voor het geschreven woord. Dat is geen toeval, want het museum richt zich vooral op jongere bezoekers – die vaak toch wat minder weten over een periode die inmiddels al weer ruim 30 jaar achter ons ligt en die meestal toch wat meer affiniteit met digitale media hebben. Die keuze kan ik daarom wel begrijpen.

Toen ik hier rondkeek was er ook net een groepje Nederlandse soldaten in opleiding, die hierheen waren gestuurd om wat meer kennis over die tijd op te doen. Dat was dus perfect in overeenstemming met de doelstelling van het museum.

De belangstelling bij de jonge bezoekers voor de politieke gebeurtenissen van die tijd was inderdaad behoorlijk groot, waarbij het feit dat er in het museum volop VR-brillen beschikbaar zijn ongetwijfeld ook een rol heeft gespeeld. En voor velen was het absolute hoogtepunt uiteraard de geavanceerde en zeer professionele vliegsimulatie!

Eén van de bezienswaardigheden is een originele S-75 raket, die al in de jaren 50 van de vorige eeuw in de Sovjet-Unie was ontwikkeld. In 1960 werd de Amerikaanse piloot Gary Powell tijdens een spionagevlucht boven de Sovjet-Unie met zo’n raket neergehaald. De Amerikanen zeiden destijds overigens dat er slechts sprake was van een meteorologische verkenningsvlucht. Powell overleefde het en werd tot 10 jaar gevangenis veroordeeld. Later werd hij in Berlijn vrijgelaten: op de Glienicker Brücke tussen Potsdam en Berlijn werd hij in 1962 uitgewisseld met de Russische spion Rudolf Abel. Over die brug, die een zinnebeeld van de Koude Oorlog werd, heb ik het hier al eens gehad. De brug werd tijdens de Tweede Wereldoorlog gedeeltelijk vernield en tussen 1947 en 1949 herbouwd, waarbij de naam werd veranderd in Brücke der Einheit. In de tijd werd er ook in de DDR namelijk nog serieus over een herenigd Duitsland nagedacht.

Een ander interessant object is de (nog werkende) telexmachine, die destijds voor een permanente verbinding tussen het Witte Huis en het Kremlin zorgde en haar waarde gedurende de Cubacrisis van 1962 bewees. Het museum laat ook de wedloop tussen de beide grootmachten USA en Sovjet-Unie op het gebied van de ruimtevaart zien. Te bewonderen is onder meer het ruimtepak van de beroemde astronaut John Glenn. Er worden in Oost- en West-Berlijn overigens nog steeds twee verschillende begrippen gehanteerd: in het westen zegt men Astronaut, terwijl in het oostelijk gedeelte van de stad het woord Kosmonaut veel gebruikelijker is. Zo is er in de wijk Marzahn dan ook nog steeds een Allee der Kosmonauten te vinden.

Veel musea in Berlijn zijn ’s maandags gesloten, maar het Cold War Museum is dagelijks van 10.00 tot 20.00 uur geopend. Dat is natuurlijk prima, maar een stuk minder goed is de toegangsprijs: een normaal kaartje kost maar liefst € 16,00! Ondanks die stevige prijs raad ik een bezoek aan het museum toch iedereen aan die zich voor de geschiedenis van Berlijn interesseert – en wie doet dat nu niet! U vindt het Cold War Museum pal aan het nieuwe U-Bahn station Unter den Linden (lijnen U5 en U6), en daarmee op slechts een steenworp afstand van de Russische ambassade.

Berlijn was niet alleen maar het symbool van de Koude Oorlog: uit Oost-Europees standpunt bekeken was West-Berlijn door zijn ligging natuurlijk ook de dichtstbijzijnde stad van West-Europa. Er wonen daarom al van oudsher veel Oost-Europeanen in de stad: vooral veel Polen, Bulgaren, Roemenen en ook Russen. Sinds het begin van de oorlog in de Oekraïne zijn daar nog eens zo’n 100.000 vluchtelingen uit dat zwaar getroffen land bijgekomen: dat is overigens vrijwel net zo veel als het totaal aantal Oekraïners dat in Nederland toevlucht heeft gevonden. In totaal zijn er in eerste instantie zelfs rond 340.000 mensen in Berlijn beland: van hieruit werden vervolgens dus bijna een kwart miljoen mensen elders in Duitsland ondergebracht. Dat zijn best forse cijfers, maar het moet worden gezegd dat dit tot nu toe niet of nauwelijks tot problemen heeft geleid. Hierboven ziet u het wrak van een Russische tank die in maart 2022 bij gevechten nabij de stad Bucha in Oekraïne op een landmijn liep en die een aantal dagen op de middenstrook van de boulevard Unter den Linden te zien was, direct tegenover de ambassade van de Russische Federatie.

Dat was natuurlijk geen toeval: de initiatiefnemers van deze actie wilden de tank als gedenkteken voor het aangedane leed in de Oekraïne exact op deze plek opstellen. Het bestuur van de wijk Mitte wilde hiervoor echter geen toestemming geven, wat tot een rechtsstrijd leidde, die uiteindelijk in het voordeel van de initiatiefnemers werd beslecht: dat waren de mensen van de bekende uitgeverij en museumgroep Berlinstory, waarover ik hier al eens iets heb geschreven. Uiteraard werd de Russische ambassade gedurende de paar dagen dat de tank hier stond goed afgeschermd.

De belangstelling voor deze actie was groot, waarbij de reacties van de bezoekers echter nogal verschillend waren. Veel mensen veroordeelden de inval in de Oekraïne, maar er waren ook pro-Russische activisten die rode rozen op de tank legden – die dan weer door Oekraïne-sympathisanten werden verwijderd. 

3. Berlijnse musea:

Berlijn is vooral óók een museumstad. Ik heb het op deze plek al vaak gehad over het enorme aantal musea dat de stad rijk is en vele daarvan in de loop der tijd hier aan u voorgesteld. En naast het hierboven al genoemde Cold War Museum is er onlangs nog een geheel ander, maar minstens net zo interessant museum bijgekomen.

De Bülowstraße in de wijk Tiergarten is niet bepaald de mooiste straat van Berlijn: er zijn drugsproblemen en er is ook veel straatprostitutie. Maar tegenwoordig is er een goede reden om hier toch eens een keertje langs te gaan. Op nummer 18 werd namelijk enige tijd geleden het Kleine Grosz Museum geopend, dat over leven en werk van de Duits-Amerikaanse schilder Georg Groß (later: George Grosz) wil informeren. De naam van het museum is erg bescheiden gekozen: groot is het inderdaad niet, maar wel erg interessant. En zoals op de foto hierboven is te zien, is het museum bovendien in een nogal bijzonder pand gevestigd: vroeger was dit namelijk een benzinestation!

Grosz was een erg interessante figuur: al op erg jonge leeftijd werd hij als een groot talent gezien: in het museum zijn enkele tekeningen van hem te vinden die hij maakte toen hij nog een kind was. Later had hij veel succes met zijn scherpe politieke prenten, waarvoor de ervaringen die hij als soldaat in de Eerste Wereldoorlog had opgedaan zijn inspiratiebron waren.

Hij waarschuwde al vroeg voor het opkomende fascisme in Duitsland, zoals met de bovenstaande aquarel tekening uit 1934, die de vooruitziende titel The Menace (de bedreiging) had. Het was dan ook geen wonder dat hij al snel nazi-Duitsland moest verlaten: vanaf 1933 woonde hij in de Verenigde Staten en werd in 1938 Amerikaans staatsburger.

In Amerika ontstonden vooral werken die de verschrikkingen van de oorlog als thema hadden. Pas in 1959 keerde hij terug naar zijn geboortestad Berlijn, waar hij echter al na enkele weken overleed aan de gevolgen van een val van de trap. Tegenwoordig wordt hij als één van de belangrijkste Amerikaanse schilders beschouwd en geldt tegelijkertijd als één van de invloedrijkste kunstenaars die Berlijn ooit heeft gekend. Het museum is geopend van 11.00-18.00h (maar is op dinsdagen en woensdagen gesloten) en u komt er het beste met de U-Bahn (station Bülowstrasse, lijnen U2 en U3).

Ook op een andere plek in Berlijn zijn sporen van George Grosz te vinden: pal aan de Kurfürstendamm en tegenover de Schlüterstraße is de George-Grosz-Platz te vinden, waarover ik hier al eens iets heb geschreven. Het aan de overkant in het Haus Cumberland gelegen café-restaurant Grosz is inmiddels helaas verdwenen, maar gelukkig heeft het Italiaanse restaurant Cumberland, dat hier zijn intrek heeft genomen, de prachtige inrichting grotendeels behouden.

En ook het buitenterras is er nog: in een zeer aangename en rustige ambiance kunt u hier bij mooi weer lunchen of dineren, met uitzicht op fraaie Berlijnse panden en een grote bloementuin.

Maar er is helaas ook slecht nieuws voor museumliefhebbers. Het wereldberoemde Pergamonmuseum, dat deel uit maakt van het al net zo beroemde Museumsinsel, staat inmiddels al zo’n tien jaar in de steigers. Weliswaar bleef tot nu toe een groot gedeelte tijdens de verbouwing toegankelijk en werd er met de bouw van het Pergamon Panorama een tijdelijk onderdak voor een deel van de expositie gevonden, zoals hier is na te lezen. Ik schreef destijds dat de verwachting was dat het Pergamon in 2024 weer in zijn oude luister zou zijn hersteld. Maar nu, vier jaar later, is duidelijk geworden dat van dat plan niet veel meer klopt. Zoals de zaken er nu voorstaan, gaat het Pergamon in oktober van dit jaar helemaal dicht en zal het tot het jaar 2027 dicht blijven! En voor een deel van het museum geldt die sluiting zelfs tot 2037! Voor velen (ook voor mij) komt deze aankondiging als een volslagen verrassing en de reden voor deze hernieuwde vertraging blijft vooralsnog tamelijk onduidelijk. Wat al wel bekend is, is dat de uiteindelijke bouwkosten hoogstwaarschijnlijk de grens van 1 miljard euro zullen gaan overschrijden. Kortom: de renovatie van het Pergamonmuseum lijkt voor wat de kosten en de vertraging betreft zo langzamerhand een waardige opvolger van de bouw van het nieuwe vliegveld van Berlijn te worden!

Ik had het er net over dat de toegangsprijs tot het Cold War Museum vrij pittig is – en dat geldt helaas ook voor veel andere musea in Berlijn. Maar er zijn ook een paar lichtpuntjes: bij veel musea heeft u op de eerste zondag van de maand vrije toegang! Op de lijst van deelnemende musea staan onder andere het beroemde Bode-Museum, de Alte Nationalgalerie, de Gemäldegalerie en het nieuwe Futurium, waarover ik hier al eens iets heb geschreven. U moet uw kaartje meestal wel van te voren bestellen en het is dan zaak er vroeg bij te zijn, want het beschikbare contingent is bij veel van de genoemde musea vaak snel weg. Nadere informatie vindt u op de speciale website, waar u ook uw tickets kunt reserveren. Nog beter: de onlangs heropende Neue Nationalgalerie biedt bovendien elke donderdag tussen 16.00 en 20.00h gratis entree! Over dit fraaie museum en zijn toekomstige buurman Nationalgalerie20 heb ik het hier al eens gehad.

4. Berlijnse infrastructuur:

Berlijn is zo groot en veelzijdig dat het in feite onmogelijk is de stad in een aantal dagen te leren kennen. Daarvoor zijn maanden, zo niet jaren nodig. Ik woon hier inmiddels al bijna 40 jaar en ontdek nog steeds nieuwe dingen! Maar er zijn natuurlijk toch wel diverse mogelijkheden om op zijn minst een redelijke indruk van de stad te winnen. Als u voor het eerst naar Berlijn komt raad ik u aan een ritje met een van de vele toeristenbussen te maken, zoals dat ook in veel andere grote steden goed gebruik is. Welke buslijn u neemt maakt in feite niet veel uit: de bussen rijden eigenlijk allemaal in een lus tussen Charlottenburg in het westen en Friedrichshain in het oosten en doen daarbij de belangrijkste bezienswaardigheden in het centrum van de stad aan.

Uiteraard geldt op alle lijnen het hop on/hop off systeem: u kunt dus op de route net zo vaak in- en uitstappen als u wilt. De meeste bussen zijn inmiddels voorzien van gratis wifi en audio guides en soms is er zelfs een speciale app voor uw smartphone beschikbaar. Hier vindt u een aantal van die aanbieders: Berlin City Tour, Big Bus Tours, City Sightseeing Tours en Top Tour Sightseeing.

Binnenkort start ook het rondvaartbootseizoen weer en dat vind ik persoonlijk een wat aardigere manier om Berlijn te ontdekken. Het aanbod is erg groot en u kunt kiezen tussen tochtjes van net een uur tot dagtochten waarbij u maar liefst negen of tien uur onderweg bent! De bekendste rederijen hier in Berlijn zijn Riedel, Bruno Winkler, Stern und Kreisschifffahrt en de Berliner Wassertaxi. Deze laatste beschikt over een aantal rondvaartboten die vroeger in Amsterdam dienst deden en die kort na de Wiedervereinigung hier zijn beland. Op de boten Prins Bernhard en Koningin Wilhelmina zijn ook na ruim 30 jaar nog steeds Nederlandse teksten te vinden.

Niet alleen de prijzen voor musea, maar ook die voor een ritje met zo’n toeristenbus of voor een boottochtje zijn de laatste jaren flink gestegen. Datzelfde geldt trouwens niet minder voor de tarieven van het (op zich erg goede) openbaarvervoerbedrijf BVG en voor de (met veel storingen kampende) S-Bahn, die onderdeel is van de Deutsche Bahn. Maar daar is wel iets aan te doen: afhankelijk van het aantal dagen dat u in Berlijn verblijft, is het eventueel zinvol een zogenoemde City Card te kopen. Die geeft u in de eerste plaats onbeperkt toegang tot het openbaar vervoer (bus, tram, U-Bahn, S-Bahn en een aantal veerponten), waarbij de prijzen variëren van € 20 voor 48 uur tot € 45 voor een periode van zes dagen, maar biedt daarnaast ook kortingen op veel Berlijnse attracties – zoals op een aantal van de al genoemde sightseeing bussen, maar ook op de toegangsprijzen van diverse musea.

Ook hier zijn er meerdere aanbieders, waarvan de Berlin Welcome Card en de Berlin City Tour Card de bekendste zijn. Als u voornamelijk in het centrum van Berlijn op pad bent is de Berlin AB variant voldoende, maar mocht u ook een uitstapje naar bij voorbeeld Potsdam of Oranienburg willen maken, kunt u beter de Berlin ABC kaart nemen, die maar net iets duurder is. Een andere mogelijkheid is de museumpas. U betaalt hiervoor eenmalig € 29,50 (stand april 2023) en heeft daarna drie dagen lang toegang tot ca. 30 verschillende musea, waaronder alle van het beroemde Museumsinsel (onder ander het Bode-Museum en het Pergamonmuseum). Sinds kort heeft u met de museumpas ook toegang tot het nieuwe Humboldt Forum, waarover ik hier al eens het een en ander heb geschreven.

De Berlijnse VVV’s heten tegenwoordig Berlin Tourist Info en zijn onder andere op het nieuwe vliegveld BER, op het Hauptbahnhof en pal naast het Brandenburger Tor te vinden. Een prima adres voor bezoekers die graag zoveel mogelijk informatie over Berlijn willen verzamelen was vroeger ook het Berlin Pavillon, dat schuin tegenover de Reichstag is gevestigd. Ik was er al een aantal jaren niet meer geweest en merkte nu dat er van het vroegere concept niet veel meer over was. In plaats van een uitgebreide selectie aan literatuur over Berlijn en een gemoedelijke koffiehoek vind je hier tegenwoordig een souvenirwinkel met veel Berlijnse prullaria (ook ruim 30 jaar na de val van de Berlijnse Muur kun je hier nog steeds een “gecertificeerd” stukje van de muur kopen). De andere helft van het pand werd omgetoverd in een Schnellimbiss, een snackbar dus waar je voor een snelle Duitse hap terecht kunt.

Door zijn bijzonder gunstige ligging en de ideale combinatie van souvenirwinkel en deftige gerechten trekt het Pavillon hier overdag veel toeristen, zelfs op de druilerige maandag dat ik hier even was. Het Duitse “deftig” mag u overigens niet met het Nederlandse woord deftig vertalen. Integendeel: het Duitse “deftig” betekent hier: krachtig of stevig. Je kunt voor zo’n maaltijd ook het mooie woord Hausmannskost gebruiken. Wilt u daarentegen liever deftig dineren in de Nederlandse betekenis van het woord, dan zoekt u een vornehmes of een schickes restaurant uit. En aangezien Berlijn in totaal ruim 5.000 restaurants, cafés en bars telt, is ook dat met zekerheid geen probleem.

Het veel interessantere, oorspronkelijke Berlin Pavillon vindt u op de hoek van de bekende Straße des 17. Juni en de Klopstockstraße in de wijk Tiergarten. Hier werd elke zondag een echt Berlijns lopend buffet geserveerd, er was altijd pianomuziek en de stemming zat er steeds goed in. Het paviljoen werd halverwege de jaren vijftig gebouwd en maakte deel uit van de beroemde Internationale Bauausstellung van 1957, waarover ik hier al eens het een en ander heb geschreven. Aan het begin van deze eeuw ging het paviljoen over in andere handen en veranderde het fraaie en tijdloze Berlijnse etablissement in een Burger King! Een grotere tegenstelling is nauwelijks denkbaar, maar ik moet er wel bij zeggen dat men bij de restauratie van het pand erg behoedzaam te werk is gegaan. Daardoor krijgt men ondanks alles toch nog een redelijk goede indruk van de sfeer en de inrichting die hier vroeger was te vinden. Het is dus in ieder geval voor de burger liefhebbers een prima adres!

Het paviljoen ligt pal aan het U-Bahn station Tiergarten, waar in het weekend ook de bekendste vlooienmarkt van Berlijn is te vinden. Zoals gezegd, het Berlijnse metronet (U-Bahn) is net als de bussen en de trams in handen van de BVG. Dat is een staatsbedrijf met een uitstekende reputatie, dankzij de goede en betrouwbare service en ook wel door de vaak erg amusante advertentiecampagnes. Een tijdje terug kwam het bedrijf met een uiterst koen voorstel (“Masterplan“) om het U-Bahn-net op spectaculaire wijze uit te breiden. Momenteel zijn er negen lijnen, die goed op elkaar en ook redelijk goed op het S-Bahn-net aansluiten. Er is een erg hoge frequentie (overdag doen op veel lijnen wel meer dan 20 treinen per uur een station aan) en er zijn ook legio overstapmogelijkheden. Maar het bedrijf wil verder kijken dan vandaag of morgen en gaat uit van een flinke groei van het aantal reizigers in het verdere verloop van deze eeuw. Hierboven ziet u een kaartje waarop is aangegeven welke lijnen volgens de BVG zouden moeten worden doorgetrokken: zo zou de bekende Linie 1 (waarover ooit een erg populaire musical is gemaakt) in de toekomst niet meer bij de Kurfürstendamm eindigen, maar helemaal tot aan Spandau worden verlengd! En de Linie 3 eindigt dan niet meer bij de Warschauer Straße, maar pas in Falkenberg, in het uiterste oosten van de stad. De cherry on the cake zou echter de nieuw te bouwen Lijn 0 worden – een ringlijn midden door het centrum, die voor nog veel betere overstapmogelijkheden zou zorgen. De S-Bahn heeft al zo’n Ringbahn, die zijn waarde voor een goed openbaar vervoer al lang en breed heeft bewezen.

Ik vind het een prima plan, maar aangezien het uitermate ambitieus is waren er helaas al snel kritische stemmen te horen die lieten weten dat dit een onhaalbare kaart is. En dat is wellicht een vijfde bijzonderheid van Berlijn: een opvallend gebrek aan visie en durf bij politici. Daarover en over nog meer Berlijnse eigenaardigheden gaat het dan een volgende keer!

volgend verhaal:

de ringlijn van Berlijn

Plaats een reactie