(oorspronkelijk verschenen op volkskrantreizen op 09.11.2009)
Dat deze bijdrage op 9 november verschijnt, is niet helemaal toevallig. Vandaag is het namelijk precies 20 jarig geleden dat de Berlijnse muur viel en daar wordt in Duitsland, maar ook elders, de nodige aandacht aan besteed. Voor degenen die zoals ik het geluk hadden dit direct mee te maken, is het een dag die men nooit zal vergeten. Of liever gezegd een nàcht: de eerste Oost-Berlijners passeerden de grens naar West-Berlijn rond een uur of 10 `s avonds en dat was het begin van een Oost-West party die tot de volgende morgen en nog langer zou duren. Het meest gehoorde woord die nacht was Wahnsinn!
In mijn vorige bijdrage voor Volkskrantreizen schreef ik al iets over de party rond de Brandenburger Tor, waarbij op 9 november ruim 1.000 bont beschilderde dominostenen over een lengte van zo’n anderhalf kilometer (tussen Reichstag en Potsdamer Platz) zullen omvallen. Ik heb er gisteren al even een kijkje genomen en het belooft inderdaad een flink spektakel te worden.
De geschiedenis van de Berlijnse muur kent natuurlijk vele facetten: politieke, sociale, geografische, en andere. Eén daarvan wil ik deze keer wat nader belichten: het ondergrondse Berlijn.
In de stad bestaat sinds ruim tien jaar een zeer actieve vereniging: Berliner Unterwelten, die ik in een eerder verhaal al eens heb genoemd. Deze vereniging stelt zich ten doel het ondergrondse Berlijn in kaart te brengen en zodoende een breder publiek toegankelijk te maken. Dat is nog een hele klus, want alleen al de Berlijnse riolering heeft de ongelooflijke lengte van ruim 10.000 km! Nu gaat het de vereniging niet in de eerste plaats om riolen – historisch interessanter zijn uiteraard de U-Bahn (metro), en de vele bunkers en tunnels. Hiertoe heeft de vereniging een aantal rondleidingen samengesteld, die zich steeds op één van deze aspecten van het Berlijn van onder de grond concentreren.
Een tijd geleden heb ik al eens de toer Dunkle Welten gedaan, die zich vooral met de veiligheid van de Berlijnse bevolking tijdens de Tweede Wereldoorlog bezighoudt. Geen gemakkelijk thema, maar wel erg interessant. De wijze waarop de maatregelen en de voorzieningen bij luchtalarm worden belicht en uitgelegd is uiterst gedegen, objectief en informatief. Bij deze toer hoort overigens ook een bezoek aan het Unterwelten-Museum, waar u onder andere met het ingenieuze systeem van de Berlijnse buizenpost kennis kunt maken.
Er zijn in totaal vijf verschillende toeren (naast een aantal andere die alleen voor groepen zijn bedoeld). De afgelopen week heb ik de rondleiding Mauerdurchbrüche uitgekozen en ook deze keer was ik onder de indruk van de professionele aanpak en uitleg. Hier komt u veel te weten over de gevolgen van de bouw van de muur voor het ondergrondse Berlijn. Afvoerleidingen werden afgesloten en U-Bahn stations veranderden in spookhuizen. Daarnaast wordt u geleid naar plaatsen waar in het begin van de jaren zestig vluchttunnels van oost naar west werden gebouwd. In totaal waren er maar liefst zo’n zeventig verschillende tunnelprojecten. Tegenwoordig is er in feite niet meer veel van te zien, maar door de deskundige, haast gedreven uitleg van gids Henry Gidom zie je het nog helemaal vóór je.
Voor beide rondleidingen geldt dat er vrij veel moet worden gelopen (vaak in het halfdonker en soms trap op, trap af) en dat ze, omdat er veel te zien is en veel te vertellen valt, nogal lang duren. Beide keren beschikten de gidsen over een enorme kennis van zaken, wat tot gevolg had dat ze erg veel en ook erg snel praatten. Het is dus wenselijk dat u over een redelijk goede kennis van het Duits beschikt als u aan een van de rondleidingen wilt deelnemen.
Enigszins tot mijn verrassing blijkt men echter voor toer 1 op vrijdag een Nederlandstalige gids te hebben gevonden! Mij werd verzekerd dat dit in ieder geval voor de maand december (alleen om 13.00, elke vrijdag) zo zou zijn. Op de website van de Berliner Unterwelten wordt dit echter niet bevestigd. Helaas is fotograferen volstrekt niet toegestaan, zelfs door het toverwoord Volkskrantreizen was men niet te vermurwen…
De meeste rondleidingen beginnen nabij het station Gesundbrunnen dat u zowel met de S-Bahn (lijn S1 richting Oranienburg, S2 richting Bernau of via de ringlijn) als met de U-Bahn (lijn 8 richting Wittenau) goed kunt bereiken. Als u het station uitkomt, gaat u naar links (rechts ziet u een groot winkelcentrum) richting Brunnenstrasse. Binnen een paar minuten bent u op nummer 105, waar zich de kaartverkoop bevindt en toer 1 van start gaat.
Niet ver hier vandaan, in de hal van het S-Bahn station Nordbahnhof tussen Gesundbrunnen en Friedrichstrasse, is momenteel een kleine expositie te zien over de al genoemde spookstations ten tijde van de muur. Misschien dat u op de terugweg richting centrum hier even uitstapt.
Wellicht is het na een bezoek aan de Berliner Unterwelten tijd voor wat lichtere kost. En daar heeft Berlijn sinds deze zomer iets bijzonders te bieden: het Currywurst Museum! De Currywurst is een typisch Berlijns fenomeen en er valt inderdaad wel het één en ander over te vertellen. Maar het lijkt toch wat gewaagd om een heel museum aan één enkele worstsoort te wijden. Het resultaat geeft de makers echter gelijk: met veel creativiteit en fantasie wordt hier de geschiedenis van de Currywurst op zeer amusante wijze uit de doeken gedaan.
Uitgevonden werd de worst, of liever gezegd de saus, eind jaren veertig door Herta Heuwer, een snackbarhoudster in West-Berlijn. Het recept van die saus heeft ze altijd geheim gehouden. Ingrediënten waren in ieder geval ketchup en worcestershire sauce (die ze beide door de geallieerden had leren kennen) en uiteraard curry. De worst zelf is eigenlijk gewoon een gekookt worstje, meestal van varkensvlees.
Belangrijk om te weten is dat er twee varianten van de Currywurst bestaan: met vel mit Darm en zonder vel (ohne Darm). Die tweede variant ontstond in Oost-Berlijn en is in feite op een tekort aan, inderdaad, Darme terug te voeren. Hier werd dus van de nood een deugd gemaakt. De Currywurst heeft in Berlijn (en deels ook in het Roergebied) bijna een cultstatus en de gemoederen kunnen hoog oplopen als het om de vraag gaat waar de beste curryworst van Berlijn te vinden is.
Twee topadressen zijn in ieder geval Curry 36 op de hoek Mehringdamm/Yorckstrasse in Kreuzberg en het legendarische Konnopke in de Schönhauser Allee in Prenzlauer Berg (direct aan U-Bahn station U2, halte Eberswalder Strasse). Konnopke bestaat al sinds 1930 en is daarmee de oudste Imbiss van Berlijn. Beide hebben zelfs een eigen website, wat je bij een eenvoudige snackbar eigenlijk niet direct zou verwachten – ze zijn hier te vinden: Curry36 en Konnopke. Het getal 36 verwijst overigens naar het vroegere wijknummer van dit gedeelte van Kreuzberg – het roemruchte SO36 waar de Berlijnse kraakbeweging haar thuisbasis had. Konnopke is op de zondagen overigens gesloten.
Eén halte verderop richting Pankow S-Bahn Station Schönhauser Allee is zelfs een bio-currywurst snackbar te vinden. Hier krijgt u ook nog de fameuze Ketwurst, een DDR-variant van de hotdog. In de DDR waren Engelstalige begrippen minder gewenst, zodat men op dit kunstwoord teruggreep (ketchup + wurst). Ook de hamburger haalde het niet: deze gegrilde lekkernij heette in de DDR derhalve Grilletta.
Ook het currywurstmuseum heeft natuurlijk ook een eigen website. Het museum draagt de handtekening van een mij onbekende, maar beslist getalenteerde designer: het past allemaal wonderwel samen en je merkt dat de bedenkers er echt zin in hebben gehad. Zoals gezegd: lichte kost, maar wel een aanrader. Het museum ligt praktisch om de hoek van Checkpoint Charlie en niet ver van het U-Bahn station Stadtmitte (lijn U2 richting Pankow vanuit het centrum).
Uiteraard wordt in het museum ook gewezen op de novelle van Uwe Timm: Die Entdeckung der Currywurst, een onroerend verhaal in de schaduw van de laatste oorlogsdagen en de tijd die daar op volgde. Tot mijn verrassing blijkt dit boek in het Nederlands te zijn vertaald: Ontdekking van de curryworst (ISBN 9789057592867). Een mooi verhaal met een onverwachte wending.
Soms zijn het kleine dingen, die me weer doen beseffen dat ik in een bijzondere stad woon, een stad met heel veel geschiedenis en een stad die veel te vertellen heeft. Bij toeval belandde ik onlangs in de salon Berlin-Geflüster in het voorname Grunewald. De salon bevindt zich in een sjieke villa aan de Koenigsallee 72 en is opgezet als een rustpuntje voor drukke (zaken-)mensen in een drukke stad. Klinkt nogal elitair en dat is het misschien ook wel een beetje. Aan de andere kant, het doel wordt met verve bereikt: de salon is inderdaad een oase van rust met een heel aparte ambiance die aan lang vervlogen tijden doet herinneren.
Regelmatig worden er kleine, culturele bijeenkomsten gehouden – meestal in besloten kring, maar een enkele keer ook publiek. In de maand november zijn het er precies twee: op donderdag 19 november staat het Franse chanson in het middelpunt en op de vrijdag erna is er een dansavond onder het motto Tanzen im Salon. Als u van kleine soirees houdt, die niet per se in het huidige tijdsgewricht hoeven te passen, is dit een echte aanrader. U komt er vanaf het centrum met bus M19 (uitstappen bij halte Hagenplatz, dan nog een paar minuten te voet). Als u bij nummer 72 bent aangekomen, neemt u de grote trap naar boven en staat dan voor de ingang van Berlin-Geflüster. De salon stond vorig jaar overigens in de top 10 van event locations in Duitsland! Mijn excuses, mij is hiervoor geen Nederlands woord te binnen geschoten. In het Duits bestaat er ook geen adequaat woord voor, men zegt daarom eenvoudigweg: event locations…
De avond dat ik er was stond in het teken van Duits- en Franstalige muziek uit de twintiger en dertiger jaren. En wat daar ten gehore werd gebracht was echt verbazingwekkend: Anara Churikova, een kleine sierlijke zangeres uit Kazachstan en Jewgeni Goldberg, een vriendelijke pianist uit Oekraïne vertolkten nummers van Zarah Leander, Pola Negri en andere grootheden uit die tijd. En dat deden ze met zoveel overgave en zo veel talent dat iedereen er stil van werd. Anara heeft een stem die zo’n beetje tussen Grace Jones en Zarah Leander in ligt (!) en Jewgeni is een voortreffelijk pianist en de perfecte begeleider.
Zij treden slechts sporadisch op: vrijdag 19 november vanaf 22.00 uur zijn ze te horen in de bar CHE in de Hasenheide 58 (vlakbij het U-Bahn station Südstern, lijn U7 richting Rudow) en op 12 december in het Centre Français de Berlin in de Müllerstrasse 54 (U-Bahn lijn U6 richting Alt-Tegel, station Rehberge). Mocht u toevallig op één van beide dagen in Berlijn zijn: doen!
Naast dergelijke kleinoden heeft Berlijn natuurlijk aan de lopende band nieuwe evenementen te bieden. Een hoogtepunt wordt vermoedelijk de grote dinosaurusshow, die van 10 t/m 13 december in de O² World Arena zal draaien. Ruim anderhalf uur lang worden hier zo’n 15 levensgrote en levensechte dinosaurussen getoond. De nadruk ligt daarbij niet zozeer op spektakel – het programma zou namelijk geïnspireerd zijn op de BBC TV documentaire Walking With Dinosaurs van een jaar of tien geleden.
Over de aanvankelijk niet onomstreden O² Arena heb ik eerder al eens wat geschreven. Inmiddels staat het gebouw er alweer een jaar en is het één van de visitekaartjes van het nieuwe Berlijn geworden. Hier vindt u de website.
In het jaar waarin 20 jaar Berlijn-zonder-muur wordt gevierd wil ik, als niet-automobilist, ook nog even aandacht besteden aan de Trabant, liefkozend meestal Trabi genoemd. Deze tweetakt, grotendeels uit plastic bestaande auto uit eigen productie was één van de bekendste zinnebeelden van de DDR en bracht het door de politieke gebeurtenissen in 1989 zelfs tot auto van het jaar. De Trabi is ongeriefelijk, lawaaierig en uiterst milieuonvriendelijk. Toch was het de droom van haast iedere DDR-burger, ondanks een gemiddelde wachttijd van zo’n twaalf jaar en een prijs waarvoor in de meeste gevallen meerdere jaren moest worden gewerkt. Destijds, in november 1989, veroverde de Trabi heel Berlijn, tegenwoordig is hij nagenoeg geheel uit het straatbeeld verdwenen.
Maar niet helemaal: in de Zimmerstrasse, in het „wilde Oosten”, kunt u een heuse Trabi-safari boeken. Gereden wordt in een konvooi van maximaal 6 Trabis, de „Wild-East” rit duurt ongeveer een uur en voert u kriskras door Oost-Berlijn. Het is echt een speciale ervaring, zo’n tochtje in een Trabant. Na afloop krijgt u als beloning dan een heus Trabirijbewijs! Nadere informatie is hier te vinden.
Er is de afgelopen 20 jaar veel veranderd in Berlijn, misschien wel meer dan in welke andere stad dan ook. Maar de stad is en blijft een trekpleister voor allen die op zoek zijn naar het bijzondere, het vernieuwende en het onverwachte. Berlijn is een stad die niet àf is en het waarschijnlijk ook nooit zal worden. Daarom, geloof ik, is Berlijn zo populair en die populariteit schijnt van jaar tot jaar alleen nog maar groter te worden. Berlijn: van harte aanbevolen!
ik heb de titels inmiddels veranderd in het neutrale "herfsttips".
Hallo Leo, dat begrijp ik. De ziel van een stad raken is ook niet nodig. Het is me wel duidelijk geworden dat je tips allen het bezoek waard zijn. Ik denk zelfs dat ze allen wel een afzonderlijk artikel verdiend hadden. Dan had je er ook nog net wat dieper op in kunnen gaan. Toch zal ik je stuk zeker nog eens lezen als ik weer naar Berlijn ga. Bedankt daarvoor. Nu ik het nog eens lees was het vooral je eerste zin waardoor ik dacht er daadwerkelijk een stuk van groot belang kwam: "Dat deze bijdrage op 9 november verschijnt is niet helemaal toevallig." Dan zitten alle historici en andere geïnteresseerden uiteraard op het puntje van hun stoel, maar dat zul je begrijpen.
Hallo Ferrry Vermeer, Eigenlijk vind ik dat je wel gelijk hebt. In deze bijdrage dekt de vlag de lading niet echt. Ik schriijf in mijn stukjes over dingen in Berlijn waarvan ik denk dat ze voor anderen (in dit geval bezoekers uit Nederland) interessant (kunnen) zijn. Ik heb niet persé de pretentie daarmee de ziel van Berlijn te raken. De titel van dit laatste verhaal suggereert dat inderdaad wel een beetje, in zoverre heb je gelijk. Bedankt voor je reactie.
Het is duidelijk dat u een interessante verzameling tips bijeen hebt gebracht in dit stuk. Toch vroeg ik mij sinds de eerste alinea af wat de rode draad door het stuk zou gaan zijn. Het begint al met de titel: die is zo algemeen dat die mij geen houvast biedt, niet in de laatste plaats omdat die voor het overgrote deel van alle Europese steden geldt. Ik begrijp dat u doelt op de scheiding van Oost en West, maar wat die scheiding nu eigenlijk betekent wordt niet duidelijk. Met uiteenlopende onderwerpen als de spookstations, de curryworst, de salon en de trabant lijkt een rode draad me haast ook een onmogelijke opgave. Zouden ze echt exemplarisch zijn voor het veranderende en/of zichzelf blijvende Berlijn? Het is me niet duidelijk geworden. Wat wel duidelijk is, is, nogmaals, dat ze de moeite van het bezoek waard zijn. Toch heb ik niet het idee dat u de ‘ziel’ van de stad geraakt heb. En dat verwachtte ik wel met deze titel.
Aanvulling: De curryworst-tent is aan zijn naam gekomen, omdat hij op Mehringdamm 36 ligt. De oude postcode van dit gedeelte van Kreuzberg is SW 61 – het burgerlijke Kreuzberg. De buurt SO 36 – het gaat er wat proletarischer aan toe – ligt wat verder naar het oosten. Het verschil tussen die twee buurten maakt een leus in linkse Duitse kringen duidelijk: "36 brennt, 61 pennt" ("36 brandt, 61 maft")